Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Hetgeen ten monde ingaat, [9]ontreinigt den mens niet; maar hetgeen ten monde [10]uitgaat, dat ontreinigt den mens. 9. Grieks, maakt gemeem; dat is ontheiligt. Zie Hand.10:14, Christus spreekt hier naar de mening der Farizeen van die onreinheid, die ontstaan zou uit het nemen der spijs met ongewassen handen. 10. Namelijk voortkomende uit een onrein hart, gelijk Christus hierna verklaart vs.18,19.